zaterdag 28 februari 2015

God is groot

Het volk Israël is groot, en het wordt steeds groter. Geen wonder, dat geen enkel land bereid is ze door te laten.Balak, de koning van Moab, zendt boden naar alle kanten. Hij roept Bileam om te komen om het volk Israël te vervloeken. Want hij weet: wat Bileam vervloekt, wordt vervloekt, maar wat Bileam zegent, wordt gezegend.
Bileam zegt tot drie keer toe, dat hij niet kan garanderen dat hij het volk zal vervloeken. Toch dringt Balak aan. Uiteindelijk zegt ook God tegen Bileam, dat hij naar Balak moet gaan.
Dat doet Bileam. Hij laat Balak tot drie keer toe zeven altaren oprichten en daarop zeven stieren en zeven rammen offeren.
En vervolgens zegent hij het volk Israël.
Balak is ontzet. En boos. Dat was niet de bedoeling.

Maar het is te laat. Moab is geen bedreiging meer voor het volk Israël.

Vanwege de vakantie die de Bijbellezers hebben, lees ik nu heel weinig, één à twee hoofdstukken. Volgende week zal ik dan minder hoeven te lezen. Maar door nu te blijven lezen, houd ik de regelmaat in stand. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten