zondag 12 april 2015

Verdeeldheid

Natuurlijk mag je niet aan Gods beoordelingsvermogen twijfelen. Maar soms word je dat wel erg moeilijk gemaakt.

Neem nou de opvolging van Salomo. God heeft Salomo gezegd, dat zijn opvolger maar één stam zal regeren, de andere tien stammen zullen door een ander worden geregeerd. Dat is Salomo's straf, omdat hij tempels voor de afgoden van zijn buitenlandse vrouwen heeft gebouwd.
Salomo's zoon Rehabeam wordt koning. Maar al snel weet Jerobeam het gezag over tien stammen te krijgen. Rehabeam overweegt Jerobeam te bestrijden, maar ziet daar uiteindelijk vanaf.
Nu heeft Rehabeam weliswaar nog maar één stam, maar die woont wel in het gebied waar de tempel van Salomo staat. Dus bedenkt Jerobeam een list. Hij bouwt niet één maar twee gouden kalveren en maakt zijn volk wijs dat die hen uit Egypte hebben geleid. De priesters die hij aanstelt, zijn vaker niet dan wel van de stam van de Levieten, ook al niet overeenkomstig Gods geboden.
En dat is dus de opvolger die God heeft aangewezen.
Maar God straft hem ook. Hij laat hem berichten, dat al zijn mannelijke nakomelingen niet lang zullen leven. Alleen het kind wat zeer binnenkort zal sterven, zal nog een graf krijgen, de anderen zullen worden verscheurd door honden of vogels. Geen prettig vooruitzicht. Toch staat er, dat na de dood van Jerobeam zijn zoon Nadab hem opvolgt. Voor hoelang, denk je als lezer.

Aan de andere kant: bij Rehabeam is het niet veel beter. Ook daar is afgoderij. En God laat toe dat de koning van Egypte het huis van God en het huis van Rehabeam plundert.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten