zondag 5 april 2015

Een zware straf - voor de verkeerde

De profeet Nathan komt met een verhaal bij David. David denkt, dat het verhaal waar is en ontsteekt in woede. De rijke man die het enige ooilam van de arme man heeft laten bereiden voor zijn eigen gasten, moet ter dood gebracht worden. En de waarde van het gestolen lam moet viervoudig worden vergoed.

U bent die rijke man, zegt Nathan. U had genoeg, genoeg vrouwen ook. En u nam de enige vrouw van een arme man af. U zult niet gedood worden, maar wel heel zwaar gestraft.

Dan krijgt Bathséba, de vrouw van David, die eerst met Uriah was getrouwd, een zoon. De zoon is ziek, zwaar ziek. David doet alle mogelijke moeite het onheil af te wenden. Tevergeefs. Het kind sterft. Een straf van God.

Waarom moet daarvoor een kind sterven? Een kind, dat nergens weet van heeft? Een kind, dat nog onschuldig is? Wat heeft dat kind ermee te maken, dat zijn moeder nog met een ander getrouwd was, toen het werd verwekt? En dat zijn vader heel goed wist dat de vrouw met wie hij sliep getrouwd was met een ander?

Ik vind het een afschuwelijke straf, voor de verkeerde.

David heeft nog meer kinderen, die wel leven. Eén van zijn zoons, Amnon, overweldigt zijn halfzuster Tamar, de zus van Absalom. Alledrie zijn het kinderen van David. Absalom zegt tegen zijn zus, dat ze er niets over mag vertellen. Hij neemt haar bij zich thuis op. En broedt op wraak, twee lange jaren lang.
Dan zorgt hij dat zijn broer dronken wordt en laat hem doden door zijn dienaren. De verkrachting is gewroken, maar Absalom heeft daarvoor wel het recht in eigen hand genomen. David denkt even dat al zijn zoons door Absaloms dienaren zijn gedood, maar zijn broer Jonadab zegt: Nee. Absalom heeft alleen Amnon laten doden. En al vanaf dat zijn zus verkracht was, was me duidelijk dat Absalom dit wilde.

Iedereen weet dus, dat Amnon zijn halfzus had verkracht. Volgens de wetten in Leviticus 18 mag een broer niet met zijn zus gemeenschap hebben. En het begrip zus strekt zich ook uit tot halfzus: dochter van uw vader of dochter van uw moeder. En als het toch gebeurt:
Want ieder die iets van al deze gruwelen doet, - degenen die ze doen, zullen uit het midden van hun volk uitgeroeid worden (Leviticus 18: 29).
En, buiten Absalom om, is niemand van plan om er iets aan te doen.

Waarom niet?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten