zaterdag 28 maart 2015

Herhaling van zetten

Droevig. Over Eli lazen we, dat zijn twee zoons het verkeerde pad op gingen. Ze waren in naam priesters, maar in werkelijkheid inhalige types, die ook delen van offers opeisten, waar ze geen recht op hadden. De zoons van Eli komen om bij een gevecht en Eli sterft als hij dat te horen krijgt.

Nu hebben we Samuël, zijn opvolger. Ook Samuël heeft twee zoons. En ook die gaan het verkeerde pad op.

Maar dan wordt het verhaal anders. Want het volk heeft het in de gaten. En zegt tegen Samuël, dat zijn zoons hem niet mogen opvolgen. Nee, ze willen een koning. Net zo een als de andere volkeren hebben. En er is nog meer anders. Want God straft Samuël niet. God zegt tegen Samuël, dat hij het volk maar een koning moet geven, als het dat zo nodig wil. Hij laat Samuël wel waarschuwen. Uiteraard zijn de waarschuwingen tegen dovemansoren gericht.

Dan wordt er een koning door God gekozen, Saul. Uit de kleinste stam van Israël, Benjamin. Niet alle Israëliërs zijn even blij met hem. Maar ze volgen hem als hij ten strijde trekt tegen de Ammonieten. Als Saul met zijn leger de Ammonieten heeft verslagen, vindt het volk, dat de mensen gedood moeten worden die hem niet als koning wilden. Maar dat vindt Saul niet nodig. Vandaag is een dag van blijdschap.

Samuël waarschuwt het volk nog een laatste keer. Hij heeft dan wel Saul gekroond, maar het volk had aan God genoeg moeten hebben. Het volk beeft, als God op verzoek van Samuël regen en donderslagen op hen neer laat komen. Maar Samuël verzekert het volk, dat hij voor ze zal blijven bidden.

En nu heeft het volk dus een aardse koning.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten