maandag 4 mei 2015

Mededogen

II Kronieken 28

Een ontroerend stuk vanavond.

Achab gaat de fout in, zoals zoveel Koningen in die tijd. Hij is erger dan de meesten, hij maakt zelfs beelden voor Baäl. God straft hem dan ook zwaar. En met hem zijn volk.
Israël vecht met Juda en Israël wint. Veel, heel veel vrouwen en kinderen worden weggevoerd. En er wordt flink geplunderd.

Maar dan komt er een ziener, Obed. Die zegt tegen de Israëlieten: schaam je je niet? Alsof jullie zonder zonden zijn. Laat die gevangenen toch teruggaan naar huis.

En daar komen ze dan, de mannen van Israël. De mannen die niet hebben gevochten. Ze zeggen tegen de strijders: jullie zijn te ver gegaan. We hebben al zoveel fout gedaan tegenover God.

En ze kleden de gevangenen van de buit die de strijders hebben meegenomen. Ze geven hen weer schoenen. Ze geven ze te eten, te drinken. Ze verzorgen hun wonden.
En als de gevangenen niet goed kunnen lopen, zetten ze hen op ezels.
En ze nemen de gevangenen mee naar Jericho, in de wetenschap dat ze vandaar naar huis gebracht zullen worden.

Dat kun je dus ook doen met je vijanden: ze menswaardig behandelen.



Deze week is een 'vrije week' voor de Bijbeluitdaging 2015. Ik lees echter iedere dag toch één à twee hoofdstukken, want ik wil het ritme niet kwijtraken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten