Interessant: je denkt, dat iemand aan het einde van zijn leven is, een oude man.
Maar, nog vóór de helft van de psalm besef je, dat het niet zo is.
De schrijver voelt zich omringd door rampen, verlaten door God. En roept toch tot diezelfde God, om verlossing. Roept vertwijfeld:
Waarom o Here, verstoot Gij mij,Roept tot het einde van de psalm, ongehoord, ongered.
verbergt Gij uw aangezicht voor mij?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten