zaterdag 14 november 2015

Getallensymboliek

Jezus voorspelt het Petrus in ieder Evangelie: tot driemaal toe zal hij Hem verloochenen. Petrus is vurig, gelooft het niet. Natuurlijk zal hij zijn Heer trouw terzijde staan.
En dat doet hij ook. In de hof van Gethsemane, als de soldaten proberen Jezus te grijpen, slaat hij iemand een oor af. Een slaaf. Dat is wat jammer, want die slaaf kan er natuurlijk ook niets aan doen, dat hij nu op die plek is. Die is ook maar meegenomen.
In de meeste Evangeliƫn zet Jezus het oor van de getroffene weer aan zijn hoofd. In Johannes blijft het bij een berisping van Petrus: Je kunt helemaal niet tot het einde toe met Me meegaan, Ik moet een deel van de weg alleen afleggen.
Dan wordt Jezus meegevoerd door de soldaten. Petrus gaat op onderzoek uit. Omdat een andere leerling connecties heeft bij de hogepriesters, weten ze samen het hof van Kaifas, de hogepriester van dat moment, binnen te komen. Daar vragen verschillende mensen aan Petrus of hij niet bij de discipelen van Jezus hoort. Petrus is bang, en antwoordt tot drie keer toe met 'Nee, ik ken hem niet.'
En dan kraait de haan.
Johannes houdt hier op. Dat kan. Uit de andere Evangeliƫn weten we al, dat Petrus nu 'bitter wenend' de hof verlaat en zich diep, diep schaamt.

Uiteindelijk wordt Jezus gekruisigd. Er hangen drie mannen op de Tempelberg naast elkaar.

Op de derde dag verrijst Jezus uit de doden.

Drie vrouwen rond Jezus gaan die dag naar het graf, om Jezus de laatste eer te bewijzen. Maar Hij is er niet. Ze gaan naar de apostelen. Petrus en een andere leerling gaan kijken. Ze zien Jezus niet. En dan, de derde keer, is het Maria Magdalena, die treurend rondloopt op de begraafplaats en de tuinman die ze daar tegenkomt vertelt dat er een lijk gestolen is. Dat Hij niet de tuinman is ontdekt ze op het moment dat Hij zegt: 'Maria'.  Meer hoeft Hij niet te zeggen.

Jezus openbaart zich tot drie maal toe aan Zijn leerlingen, na Zijn Verrijzenis. Kennelijk telt de openbaring aan Maria Magdalena niet mee. Jammer.

En tenslotte: Jezus vraagt Petrus tot drie maal toe, of hij Hem waarlijk liefheeft. Uiteindelijk wordt Petrus verdrietig. Jezus moet dat toch weten?
Zeker weet Jezus dat, maar Hij zal de drie verloocheningen willen weerleggen.

Ik weet, dat er meer drietallen zijn in dit stuk, maar hier wilde ik het bij laten.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten